Niemand heeft zin om door de tuin te lopen en overal plaagdieren te zien. Denk hierbij aan luizen, spinnen, mieren, wespen of zelfs mollen. Maar we willen ook niet met de gifspuit rondlopen. Hoe ga je hier mee om?
Natuurlijke bestrijding is een belangrijk onderdeel van duurzaam en ecologisch tuinieren. Er zijn verschillende technieken die je kunt toepassen om plaagdieren tot een minimum te beperken. Het vermijden van het gebruik van pesticiden en chemische insecticiden is niet alleen beter voor het milieu, maar het kan ook de biodiversiteit in de tuin verhogen.
Gebruik van natuurlijke vijanden: Een van de meest effectieve manieren om plaagdieren te bestrijden is door gebruik te maken van natuurlijke vijanden. Roofinsecten, vogels en egels zijn enkele voorbeelden van natuurlijke vijanden die je kunt gebruiken in de strijd tegen plaagdieren. Bijvoorbeeld, lieveheersbeestjes eten bladluizen en sluipwespen bestrijden rupsen en motten. Als je natuurlijke vijanden wilt aantrekken, is het belangrijk om een aantrekkelijk leefgebied voor hen te creëren. Dit kun je doen door bloemen, struiken en bomen te planten en nestkastjes op te hangen. Je kunt ook natuurlijke vijanden aanschaffen bij diverse leveranciers.
Handmatig verwijderen: Het handmatig verwijderen van plaagdieren kan tijdrovend zijn, maar het kan wel effectief zijn, vooral voor kleinere tuinen. Bijvoorbeeld, slakken, luizen of rupsen kunnen handmatig worden verwijderd door ze met de hand van de planten te halen. Je kunt ook overwegen om een grijper of pincet te gebruiken om het verwijderen van de insecten gemakkelijker te maken.
Mengteelt: Mengteelt, zoals het in de landbouw wordt genoemd, is het planten van verschillende soorten gewassen naast elkaar. Door het planten van verschillende gewassen naast elkaar kun je voorkomen dat plaagdieren zich gemakkelijk kunnen verspreiden. Plagen zijn vaak specifiek voor één soort plant, dus door verschillende gewassen te planten, kun je de verspreiding van plagen verminderen. Daarnaast kunnen sommige gewassen ook elkaar beschermen tegen plagen. Bijvoorbeeld, uien en knoflook hebben insectenwerende eigenschappen, dus ze kunnen helpen bij het beschermen van andere gewassen.
Een gezonde bodem: Een gezonde bodem is rijk aan organisch materiaal en bevat een diverse populatie aan micro-organismen en bodemleven. Dit kan helpen bij het voorkomen van plagen. Een gezonde bodemstructuur zorgt voor een goede drainage, luchtcirculatie en vochtbehoud, waardoor planten beter bestand zijn tegen plagen en ziektes. Het toevoegen van organisch materiaal aan de bodem, zoals compost en mulch, kan de bodemstructuur verbeteren en het bodemleven stimuleren. Daarnaast is het belangrijk om regelmatig te controleren op bodemgezondheid en eventuele problemen tijdig aan te pakken.
Natuurlijke bestrijdingsmiddelen: Er zijn veel natuurlijke bestrijdingsmiddelen die kunnen helpen bij het bestrijden van plaagdieren. Diatomeeënaarde is een natuurlijk product dat de uitwendige skeletten van insecten beschadigt, waardoor ze uitdrogen. Neemolie is een natuurlijk insecticide dat effectief is tegen veel soorten insecten. Pyrethrum is een natuurlijk insecticide dat wordt gewonnen uit de bloemen van de pyrethrumplant en is effectief tegen veel soorten insecten. Houdt er altijd rekening mee dat ook nuttige insecten slecht tegen deze middelen kunnen. Gebruik dan ook alleen bestrijdingsmiddelen wanneer de plaag dermate groot is dat deze niet anders aan te pakken valt.
Gebruik gezonde planten: Een van de beste manieren om plagen te voorkomen, is door gezonde planten te kweken. Zorg ervoor dat je planten koopt die vrij zijn van ziektes en plagen. Geef ze voldoende water en voedingsstoffen zodat ze sterk genoeg zijn om zichzelf te verdedigen tegen plagen.
Door het gebruiken van bovenstaande methoden in plaats van chemische bestrijdingsmiddelen, ga je beter om met het leven in jouw tuin. Chemische middelen zijn niet alleen schadelijk voor de insecten en planten, maar ook voor onze gezondheid heeft het nadelige gevolgen. Het toepassen van genoemde methoden vraagt echter vaak wel meer tijd en inspanning dan het eenvoudig 'spuiten van een middeltje'. Wat mij betreft de extra tijd dubbel en dwars waard vanuit niet alleen het ecologisch standpunt, maar ook vanuit onze gezondheid. Ik hoef geen groente en fruit met gif erop.
Hier zijn nog wat voorbeelden van de zogenaamde roofinsecten:
Gaasvliegen: De larven van gaasvliegen voeden zich met bladluizen, trips, spintmijten en andere kleine insecten.
Galmuggen: De larven van galmuggen leven van bladluizen en andere plantensap zuigende insecten.
Loopkevers: Loopkevers eten een breed scala aan insecten, waaronder slakken en rupsen.
Oorwormen: Oorwormen eten bladluizen, mijten en andere kleine insecten.
Roofmijten: Roofmijten voeden zich met mijten en andere kleine insecten, waaronder spintmijten en trips.
Springspinnen: Springspinnen eten verschillende soorten insecten, waaronder vliegen, bladluizen en kevers.
Weekschildkevers: Weekschildkevers voeden zich met slakken en andere kleine insecten.
Houd er wel rekening mee dat roofinsecten niet selectief zijn, en dat ze dus ook de nuttige insecten kunnen opeten. Heb je een tuin waar rupsen mogen ontwikkelen tot vlinder? Dan wil je geen insect introduceren dat dus rupsen eet.
Meer leren? Schaf dan snel mijn uitgebreide e-course biodivers tuinieren aan en ga aan de slag met de basis van een biodiverse tuin!
Comments